Grondwettelijk Hof vernietigt regels rond elektrische fietsen

 

Elektrische fietsen, hooverboards, elektrische steps of fietsen (al dan niet met wandelassistentie), miniquads, speed pedelecs … men ziet ze overal. Ondanks de stijgende populariteit van deze voertuigen, hinkt het Belgisch juridisch kader achterop. Dit brengt natuurlijk rechtsonzekerheid met zich mee, voornamelijk op verzekeringsvlak. Zijn deze voertuigen wel of niet onderworpen aan de verzekeringsplicht zoals een auto of ben je een zwakke weggebruiker zoals een voetganger? In mei 2019 leek het pleit beslecht in het voordeel van de zwakke weggebruiker met de invoering van artikel 2bis in de WAM, doch het Grondwettelijk Hof heeft middels haar arrest van 28 januari 2021 de discussie weer aangewakkerd. Confidenz licht één en ander toe. 

De verplichte WAM-verzekering voor motorrijtuigen

De Burgerlijke Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen is een verplichte verzekering indien men zich in België in het openbaar wil verplaatsen met een gemotoriseerd voertuig en is wettelijk verankerd in de Wet betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (kortweg: WAM). Deze verzekering gaat samen met een automatisch vergoedingssysteem van de zwakke weggebruikers. Het begrip ‘gemotoriseerd voertuig’ bracht tot enkele jaren geleden geen interpretatieproblemen met zich mee. Elk voertuig met een motor diende verzekerd te zijn. De overige weggebruikers zoals voetgangers en fietsers en zelfs passagiers van een gemotoriseerd voertuig waren ‘zwakke weggebruikers’ die altijd vergoed werden door de verzekeraar van het gemotoriseerd voertuig. 

Opkomst van nieuwe vormen van mobiliteit gaat gepaard met ongewenste verzekeringsplicht

De intrede van de nieuwe high-tech vormen van mobiliteit opende een juridisch debat met de elektrische fiets als belangrijkste probleemkind. Aangezien de fiets aangedreven wordt door een motor, zou een verzekering verplicht zijn volgens de letter van de wet. Bijgevolg zou de fietser zijn hoedanigheid van zwakke weggebruiker verliezen doch dit strookte niet met de bedoeling van de wetgever om dit soort lichte weggebruikers te beschermen tegen het zwaardere vervoer zoals de auto. Hetzelfde gaat op voor de bestuurder van een elektrisch skateboard, elektrische rolstoel of step.

Intrede van artikel 2bis WAM

De wetgever bood op 2 mei 2019 een oplossing met de invoering van het nieuwe artikel 2bis WAM. Sindsdien geldt de verzekeringsplicht niet (meer) voor die voertuigen die autonoom – d.i. zonder het gebruik van spierkracht - een maximumsnelheid van 25 km/u halen. Uitzondering op die regel is de bromfiets Klasse A die wel verzekerd dient te zijn. De wetgever hanteerde hierbij het verschil in kinetische energie als onderscheidingscriterium. Het behouden van de verzekeringsplicht voor bromfietsen Klasse A werd verantwoord door het feit dat bij ongevallen de impact van een bromfiets, ondanks de beperkte snelheid, groter is als gevolg van een zwaarder gewicht. De bromfiets zou m.a.w. ‘gevaarlijker’ zijn voor andere weggebruikers dan bijvoorbeeld een elektrische fiets. 

Het nieuwe wetsartikel werd natuurlijk toegejuicht door de bestuurders van o.m. de elektrische fietsen die hierdoor hun hoedanigheid van zwakke weggebruiker behielden en geen verzekering dienden af te sluiten. 

Schending van het gelijkheidsbeginsel

De invoering van artikel 2bis WAM bleef echter niet vrij van (vaak terechte) kritiek. Aangezien de wetgever enkel rekening houdt met het autonome snelheidscriterium, diende een speed pedelec – die autonoom de grens van 25 km/u niet bereikt maar die d.m.v. trapondersteuning wel 45 km/u haalt - niet te worden verzekerd in WAM en blijft de bestuurder een zwakke weggebruiker daar waar de bromfiets Klasse A, die een maximale snelheid heeft van 25 km/u, wel te worden verzekerd. 

Op verzoek van de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent boog het Grondwettelijk Hof zich over de vraag of dit onderscheid objectief verantwoord was. In haar arrest van 28 januari 2021 stelde het Grondwettelijk Hof dat het weliswaar verantwoord is de bromfiets Klasse A te onderwerpen aan de verzekeringsplicht, maar dat het niet redelijk verantwoord is dat voor alle andere voertuigen, louter op basis van hun maximale autonome snelheid en ongeacht hun massa, een vrijstelling van verzekeringsplicht geldt. Alzo wordt volgens het Grondwettelijk Hof het gelijkheidsbeginsel en dus de Grondwet geschonden. 

Wat nu? 

Het Grondwettelijk Hof heeft artikel 2bis WAM als ongrondwettig bestempeld, maar niet vernietigd. Voorlopig bestaat artikel 2bis WAM dus nog in onze rechtsorde maar er zal naar alle waarschijnlijkheid een vernietigingsberoep worden ingesteld binnen 6 maanden na publicatie van het arrest in het Belgisch Staatsblad.  Verdere toepassing van dit wetsartikel zal evenwel geen sinecure zijn. Immers, de hoven en rechtbanken mogen de beoordeling van de grondwettelijke rechter niet zomaar naast zich neerleggen. 

Het juridisch vraagstuk m.b.t. de verzekeringsplicht van de elektrische voertuigen en bijgevolg het statuut van de bestuurders ervan blijft zo tot op heden onopgelost. (Opnieuw) tijd voor de wetgever om in te grijpen. 

Ondertussen ontstaat er dus opnieuw grote rechtsonzekerheid voor bestuurders van elektrische fietsen, hooverboards, steps, ... Zolang er geen duidelijke regelgeving over bestaat is het aangewezen als bestuurder verzekerd te zijn voor aansprakelijkheid bij ongeval ofwel via een aansprakelijkheidsverzekering motorvoertuigen ofwel via de familiale verzekering. 

Zit u met vragen of twijfels over uw specifieke situatie?

Contacteer Confidenz vandaag nog telefonisch voor een correct en sluitend juridisch advies op +32 3 446 46 00 of via mail: info@confidenz.be